Benzodiazepines

Het is tamelijk goed bekend hoe de benzodiazepines werken: waarschijnlijk doordat ze een stof vervangen die in het lichaam zelf wordt gemaakt. Deze stof oefent een kalmerend effect uit. De benzodiazepines imiteren of versterken de werking van die lichaamseigen stof. Hiermee is te verklaren waarom het soms moeilijk is om op te houden met het gebruik van benzodiazepines.

Zolang de benzodiazepine wordt gebruikt, zal het lichaam de lichaamseigen stof niet of minder aanmaken, omdat hierin door de benzodiazepine wordt voorzien. Wanneer de benzodiazepine echter wordt gestaakt, met name wanneer dit van de ene op de andere dag gebeurt, ontstaat er een plotseling tekort omdat het lichaam zijn eigen stof al weken (of maanden, jaren) niet heeft geproduceerd. Het ontbreken van deze lichaamseigen stof resulteert in het optreden van de zogenaamde onttrekkings- of onthoudingsverschijnselen. Deze verschijnselen zijn het tegenovergestelde van de werking van de ontbrekende stof: onrust in plaats van rust, slapeloosheid in plaats van slaperigheid. Na enige dagen heeft het lichaam de eigen stof weer aangemaakt en verdwijnen de onthoudingsverschijnselen.

Een ander fenomeen dat te verklaren is uit de werking van de benzodiazepines is het verschijnsel dat alcohol en benzodiazepines elkaars effecten versterken. Het is bekend dat benzodiazepines en alcohol niet tegelijkertijd moeten worden gebruikt, omdat de combinatie sterk versuffend werkt. Deze onderlinge versterking is een gevolg van het feit dat beide stoffen op hetzelfde systeem aangrijpen in de hersenen, maar op verschillende plaatsen daarvan.

De benzodiazepines worden in de meeste gevallen binnen een uur uit het maagdarmkanaal in het bloed opgenomen. Ze worden door de lever weer afgebroken. De afbraakproducten zijn in veel gevallen ook actieve stoffen, die net als de benzodiazepines zelf een kalmerende en versuffende werking vertonen. Vandaar dat het niet alleen belangrijk is hoe lang de oorspronkelijke stof zich in het lichaam bevindt, maar eveneens de tijdsduur dat de actieve afbraakproducten nog in het lichaam werkzaam zijn. Voor de verschillende benzodiazepines kan dit uiteenlopen van enkele uren tot dagen.

De benzodiazepines zijn veilige medicijnen. In overdoseringen zijn zij (mits niet gecombineerd met alcohol) niet dodelijk. Patiënten met astma of andere aandoeningen van de luchtwegen moeten wel oppassen: bij hen kan een onderdrukking van de ademhaling optreden. Gebruik van benzodiazepines door mensen met ademhalingsproblemen is dan ook af te raden.

Bijwerkingen

De benzodiazepines geven nauwelijks aanleiding tot bijwerkingen; degene die zij vertonen, zijn een direct gevolg van hun werking. Deze zijn: sufheid, slaperigheid (daar ging het juist om) en vermoeidheid. Dit laatste is waarschijnlijk het gevolg van het spierverslappende effect dat alle benzodiazepines in meer of mindere mate vertonen. Deze spierverslapping heeft ook een waardevol aspect, aangezien het de pijn, die vaak ontstaat vanwege gespannen spieren, vermindert. Als gevolg van de spierverslapping echter kunnen patiënten evenwichtsstoornissen krijgen.

Dit treedt vrijwel alleen op in het begin van de behandeling of vanwege een te hoge dosering. Met name bejaarden hebben last van deze bijwerking. Ook kunnen oudere patiënten soms tegenovergesteld (ook wel paradoxaal genoemd) reageren op benzodiazepines: ze worden dan onrustig in plaats van kalm. Bij kinderen wordt een dergelijk omgekeerd effect nog vaker gezien.

Bij plotseling stoppen van gebruik van met name kortwerkende benzodiazepines kunnen, zoals hierboven verklaard, verschijnselen optreden die het tegenovergestelde zijn van hun werking, zoals toegenomen angst, slapeloosheid, onrust en zelfs het optreden van epileptische aanvallen. Dit laatste is te verklaren uit het feit dat alle benzodiazepines ook werkzaam zijn tegen epileptische aanvallen (sommige worden hier dan ook voor gebruikt).

Duidelijk is dus dat -met name kort werkende- benzodiazepines niet plotseling moeten worden gestaakt. Aangezien de benzodiazepines de droomslaap onderdrukken (de zogenaamde REM slaap - rapid eye movement slaap) treedt na staken van de benzodiazepines een compensatiemechanisme op waarbij de slaap gedurende enkele nachten voor een veel groter deel uit deze droomslaap bestaat. Voor de persoon betekent dit dat hij enkele nachten onrustig slaapt en extra veel droomt. Na enkele dagen normaliseert de slaap zich.

Een bezwaar dat vaak wordt aangevoerd tegen de toepassing van benzodiazepines is dat er steeds meer van zou moeten worden gebruikt om een kalmerend effect te bewerkstelligen. Dit is uitgebreid onderzocht en zeer waarschijnlijk niet het geval. Vele patiënten kunnen de langwerkende benzodiazepines jarenlang gebruiken zonder dat ze meer van het middel nodig hebben. Er zijn echter weinig indicaties voor zo'n behandeling. Slechts een enkele hardnekkige algemene angststoornis (zie aldaar) komt wellicht in aanmerking

De reden dat benzodiazepines slechts kortdurend moeten worden gebruikt, is dan ook niet gelegen in het feit dat er steeds meer van nodig is, maar omdat er betere middelen zijn om (langer durende) psychiatrische aandoeningen, zoals paniekstoornis, algemene angststoornis, depressies en psychosen te behandelen. Hetzelfde geldt voor de behandeling van slaapstoornissen.

Problemen met slapen die maandenlang aanwezig zijn, staan waarschijnlijk niet op zich, maar zullen eerder het gevolg zijn van een onderliggende (psychiatrische) aandoening. Deze dient behandeld te worden, niet alleen de slaapstoornis. Kortom, benzodiazepines zijn veilig en werkzaam maar er is in de meeste gevallen geen reden om ze langdurig te gebruiken.

Achtergrond van kalmeringsmiddelen

Er bestaat geen wezenlijk verschil tussen slaap- en kalmerende middelen (Benzodiazepines). Tenslotte, wanneer men kalm genoeg wordt, slaapt men in en wie slaperig genoeg is, wordt kalm. De medicijnen die gebruikt worden om slaap of kalmering op te wekken, behoren dan ook tot hetzelfde type en zijn nauwelijks van elkaar te onderscheiden. Waarom sommige als slaap- en andere als kalmerende middelen worden toegepast, is in vele gevallen niet anders dan een marketing beslissing van de farmaceutische industrie geweest.

Bijna alle slaap- en kalmerende middelen behoren tot de groep van de zogenaamde benzodiazepines. De benzodiazepines zijn ontwikkeld met het doel om veilige, kalmerende medicijnen te verkrijgen. Dit is zeer goed gelukt. Het eerste benzodiazepine is chloordiazepoxide (Librium) dat in 1960 werd geïntroduceerd, gevolgd door het over de gehele wereld bekende diazepam (Valium). Beide zijn door de Zwitserse firma Hoffman-La Roche ontworpen. In navolging van deze twee medicijnen is er een enorme, nog steeds groeiende reeks van dergelijke stoffen geproduceerd. Geen van alle verschilt echter in belangrijke mate van Librium en Valium.

Dat deze middelen in zulke grote getale werden ontwikkeld, geproduceerd en geconsumeerd (het zijn nog steeds een van de meest gebruikte medicijnen in de wereld), is een gevolg van een combinatie van eigenschappen: ze zijn vrijwel volstrekt veilig, vertonen nauwelijks bijwerkingen en werken snel en goed. Met deze middelen bestond voor het eerst een veilige methode om mensen te kalmeren; alle middelen die tot dan toe werden gebruikt werkten wel, maar waren zonder uitzondering gevaarlijk.

In het begin van deze eeuw werd morfine gebruikt als kalmerend medicijn. Dat werkt uitstekend, maar er is steeds meer van nodig om het gewenste rustgevende effect te bereiken. Uiteindelijk zijn zeer hoge doseringen noodzakelijk met schadelijke effecten op de ademhaling. Daarnaast is morfine in een overdosering, zoals bij een suïcidepoging, dodelijk. Bovendien ontstaan, wanneer met het gebruik ervan wordt gestopt, onaangename (hoewel geen gevaarlijke) onthoudingsverschijnselen. Om die reden zullen patiënten die morfine gebruiken er niet van af willen. Kortom, morfine en zijn gelijken (zoals heroïne) zijn verslavend.

Morfine werd in de loop van deze eeuw vervangen door de barbituraten. Ook deze medicijnen kalmeren goed en snel, maar ze zijn even gevaarlijk en verslavend als morfine. De benzodiazepines danken hun populariteit dan ook niet aan een werkzaamheid die groter is dan de middelen die zij vervingen. De reden van hun succes is gelegen in hun grote mate van veiligheid. Terwijl een betrekkelijk geringe hoeveelheid barbituraten dodelijk kan zijn, is het vrijwel onmogelijk suïcide te plegen met (alleen) benzodiazepines.

Een van de interessante fenomenen in de farmacotherapie van psychiatrische aandoeningen is dat ondanks de enorme hoeveelheden benzodiazepines die wereldwijd worden voorgeschreven en gebruikt, zij voor vrijwel geen van de psychiatrische stoornissen het meest werkzame middel zijn. De benzodiazepines worden voor angststoornissen voorgeschreven, doch bij de meeste van deze aandoeningen, zoals paniekstoornis, dwangstoornis en fobieën, zijn antidepressieve middelen minstens zo werkzaam en ook beter onderzocht.

De benzodiazepines worden ook zeer veel toegepast bij depressieve toestandsbeelden ter vermindering van de angst (ook vaak omdat de depressie niet als zodanig herkend wordt), terwijl de angstverschijnselen gelijktijdig met het afnemen van de depressieve klachten verdwijnen. Toch zijn de benzodiazepines een belangrijke aanwinst in de psychiatrie en wel omdat zij, wanneer kortdurend gebruikt, goed toegepast kunnen worden bij de (tijdelijke) behandeling van angst- en onrustverschijnselen die bij zoveel verschillende psychiatrische aandoeningen optreden.

Lijst van benzodiazepines

  • Calmday (nordazepam)
  • Dalmadorm (flurazapam)
  • Dormicum (midazolam)
  • Dormonoct (loprazolam )
  • Frisium (clobazam)
  • Halcion (triazolam)
  • Imovane (zopiclon)
  • Lendormin (brotizolam)
  • Levanxol (temazepam)
  • Lexotanil (bromazepam)
  • Librium (choordiazepoxide)
  • Loramet (lormetazepam)
  • Mogadon (nitrazapam)
  • Noctamid (lormetazepam)
  • Normison (temazepam)
  • Reapam (prazepam )
  • Rivotril (clonazepam)
  • Rohypnol (flunitrazepam )
  • Seresta (oxazepam)
  • Stesolid (diazepam)
  • Stilnoct (zolpidem)
  • Temesta (lorazepam)
  • Tranxene (clorazapinezuur )
  • Unakalm (ketazolam)
  • Urbadan (clobazam)
  • Valium (diazepam)
  • Xanax (alprazolam)