Antidepressiva

Antidepressiva ontlenen hun naam aan hun affectiviteit in de behandeling van depressieve stoornissen. De betiteling is echter te beperkt, omdat sommige antidepressiva ook werkzaam zijn in de behandeling van angststoornissen zoals paniekaanvallen, fobieën en dwangverschijnselen.

De antidepressiva zijn onder te verdelen in oude en nieuwe middelen. De oude zijn de tricyclische middelen en monoamine-oxidase (MAO) remmers. Zij remmen algenmeen de heropname of vertragen de afbraak van meerdere neurotransmitters. De nieuwe middelen zijn ontwikkeld om de beschikbaarheidheid van één of twee neurotransmitters te verhogen, zij doen dit door specifiek de heropname daarvan te remmen. Ondanks de vele verschillen tussen oude en nieuwe antidepressiva en de verschillen onderling zijn de overeenkomsten tussen de antidepressiva opvallender, namelijk:

  • Alle antidepressiva zijn ongeveer even werkzaam voor de behandeling van depressies
    Na vier tot zes weken behandeling is een duidelijke vermindering van de depressieve verschijnselen bij 60-70% van de patiënten merkbaar (de ernst van de klachten is gemiddeld met de helft verminderd). Het maximale effect treedt pas na twaalf weken behandeling op.
  • Geen van de antidepressiva werkt meteen.
    Antidepressiva werken niet onmiddellijk: een merkbare vermindering van de klachten wordt pas duidelijk na één tot twee weken behandeling. Meestal nemen eerst de problemen met het slapen af (de patiënt slaapt gemakkelijker in en wordt minder vroeg 's morgens wakker) en -indien aanwezig- de angstsymptomen.
  • Alle antidepressiva vertonen bijwerkingen
    Hoewel de veiligheid van de verschillende antidepressiva verschilt, vertonen zij alle in meer of mindere mate bijwerkingen.
  • Bij mensen die niet aan een depressie lijden, hebben antidepressiva geen effect op de stemming
    Gezonde mensen gaan zich er dus niet beter of "high" van voelen. Daarom is geen van de antidepressiva verslavend.
  • Gewenning aan de werkzaamheid treedt niet op
    Dat wil zeggen: de effectiviteit van de antidepressiva vermindert niet, zelfs niet na jarenlang gebruik (of dit ook voor de alle nieuwe antidepressiva geldt is nog niet onderzocht).

Zie de beschrijving van de verschillende groepen antidepressiva. De eerste stap is een selectieve serotonine heroname remmer (SSRI). Dan een remmer van de heropname van serotonine en noradrenaline. Bij onvoldoende effect komt een ouder, tricyclisch middel aan de beurt. Dat kan versterkt worden door toevoeging van lithium. En daarna kan een MAO remmer ingezet worden. Individueel kan het voorschrift van de behandelend arts afwijken.

Let op: start altijd in een zeer lage dosering! De meeste SSRI's worden voorgeschreven in de sterkte vergelijkbaar met citalopram 20 mg. Begin met een kwart tablet, de volgende dag weer nog een kwart, daarna drie dagen een halve tablet en dan pas een hele. Deze procedure bespaart een hoop onnodige schrik van mogelijke biijwerkingen!